In 2001 verkocht toenmalig wethouder Co de Kloet een parkeerterrein aan het Dode Eind van de gemeente aan de gebroeders Bert en Henk de Kloet van Jachthaven De Krakeelakker. Als gevolg van de uitspraak van de Raad van State, dat de ontwikkelingen aan het Dode Eind niet mochten, en het daaropvolgende besluit van de gemeenteraad om een vaststellingsovereenkomst op te stellen tussen alle strijdende partijen, moest dit terrein terugverkocht worden aan de gemeente. Over de verkoopprijs van het terrein is vervolgens een conflict ontstaan waar de rechter aan te pas kwam, dat schrijft Simone Stevens vanmorgen in de Gooi- en Eemlander.

Het gaat om een prijsverschil van € 27.000, die de gemeente minder wil betalen,  op een vraagprijs van De Krakeelakker van € 47.000. De kantonrechter in Hilversum zou de arbitrage op zich nemen, nadat beide partijen hun standpunten schriftelijk voor 29 oktober j.l. hadden moeten inleveren. Omdat de gemeente die deadline niet haalde werd de inleverdatum uitgesteld tot 12 november. Ook toen lagen de stukken van de gemeente echter nog niet bij de rechter, waardoor deze geen uitspraak kan doen.

Dagvaarding Gemeente

Voor Henk (raadslid DBW) en Bert de Kloet is dat feit nu aanleiding om de gemeente te dagvaarden om zo af te dwingen dat de vraagprijs voor het parkeerterrein (en een stuk water) betaald wordt. Volgens hem hebben inmiddels alle partijen voldaan aan de vaststellingsovereenkomst, behalve de gemeente.

Henk De Kloet

Burgemeester Don Bijl

Burgemeester Don Bijl ziet de kwestie anders. Hij geeft toe dat de gemeente te laat was met het indienen van de stukken bij de kantonrechter. Hij wijt dat aan een communicatiestoornis binnen het gemeentelijk apparaat. Hij stelt dat de stukken volgende week bij de rechter liggen, die dan uitspraak kan doen. Over de dagvaarding zegt hij: "De gebroeders De Kloet proberen er weer een nummer van te maken." Hij hoopt dat de zaak niet zal escaleren.

Verderop in het stuk zegt Henk de Kloet dat de gemeente zich niet aan de afspraken houdt, alleen maar "omdat er een ingehuurde ambtenaar zit die zegt zich niet te laten dwingen" De Kloet noemt de handelwijze van de gemeente "respectloos en getuigen van minachting".

Naast deze procedure stelt De Kloet de gemeente ook later een forse schadeclaim in het vooruitzicht over de hele kwestie rond Jachthaven De Krakeelakker.