ingezonden bericht

Ook dit jaar met Pinksteren weer
‘’Kunst aan de Kwakel’’ in Kortenhoef!

“Als je iets op het doek zet, laten we zeggen je schildert een boom, dan vormt de ruimte rechts en links van de stam de achtergrond. Zelfs als je hem onbeschilderd laat. Wij lezen ruimte in een schilderij. Die ruimte interesseert me. Dat je op een kleine platte rechthoek, want een schilderij per slot is, een hoeveelheid ruimte kunt scheppen, is een wonder. In een landschap zit een ruimte van kilometers breed, kilometers hoog en kilometers diep. En dat allemaal op een plat vlak van bijvoorbeeld 50 bij 60 centimeter – dat is toch goedbeschouwd ongelofelijk!”

Aan het woord is de kunstenaar Dick van Arkel (1950, Den Haag), die met Pinksteren ten huize van de familie Braat, C. Vreedenburghgaarde 22  te Kortenhoef  een serie schilderijen toont als deelnemer aan ‘’Kunst aan de Kwakel’’.

Een aantal schilderijen vindt  zijn oorsprong in Wales, waar van Arkel  het lange-afstandspad  de Offa’s Dyke volgde. Bij verschillende van zijn tochten woei het enorm hard en de kunstenaar ervoer dat die wind zijn ruimtelijke ervaringen vergrootte. De hellingen, soms grasgroen dan weer heidepaars, het struikgewas, de schapen, de turbulentie van de wind en de bollende lucht vormen de elementen van zijn Wales-serie.

Soms schuiven er wilde kleurvlekken in zijn landschappen. Van Arkel noemt ze paletten.  “Verf in de tube is nog niets, heeft nog geen betekenis, maar aan verf op het doek kennen we wel betekenis toe. Daartussen in, verf op het palet, dat is als het stemmen van een orkest voorafgaand aan de uitvoering; je hoort al hier en daar in korte loopjes wat er komen gaat. Dat is het palet, dat ik gewoon in het werk schuif. Je zou kunnen zeggen: de ingrediëntenlijst in het baksel,” zegt de kunstenaar met een lach.