persbericht
De heer J. van den Broeck uit Kortenhoef:
Lid in de Orde van Oranje Nassau
De heer Van den Broeck (56) staat met beide voeten midden in de lokale samenleving. Dat blijkt uit zijn betrokkenheid bij verenigingen, evenementen en de gemeentelijke politiek.
Hij is een vraagbaak voor velen in het dorp. Of het nu gaat om de geschiedenis van het dorp, de muziekverenigingen, Koninginnedag of de plaatselijke politiek.
Politiek
De heer Van den Broeck was in 1980 oprichter van Dorpsbelangen ’s-Graveland en vervolgens voor deze partij zes jaar lang politiek actief. In 1988 werd hij lid van het CDA. Sinds 1995 is hij gemeenteraadslid. Eerst voor de voormalige gemeente ’s-Graveland en, vanaf de herindeling, met ingang van 2002 voor deze gemeente. Veel waardering heeft hij geoogst als voorzitter van de naar hem genoemde commissie Van den Broeck die, kort na de gemeentelijke herindeling, de gemeentelijke subsidies aan de plaatselijke verenigingen en instellingen onderzocht. De commissie heeft voorstellen gedaan die hebben geleid tot harmonisering van het beleid. Als raadslid maakt hij ook deel uit van de bezwaarschriftencommissie.
Tamboer
In 1967 kwam de heer Van den Broek als 10-jarig jochie als tamboer bij de Kortenhoefse muziekvereniging Amicitia, een levendige vereniging die veel uiteenlopende activiteiten op het programma heeft. Op dat moment ging het niet zo goed met de vereniging. Mede door zijn inzet slaagde de vereniging erin weer op te klauteren en uit te groeien tot een regionaal bekende muziekvereniging. Van 1975 tot 1986 was hij voorzitter. De heer Van den Broeck is tot op de dag van vandaag sterk bij Amicitia betrokken.
Oranjevereniging
Van 1993 tot 2005 was de heer Van den Broeck betrokken bij de Oranjevereniging Wijdemeren. Hij was voorzitter en had jaarlijks de leiding tijdens de Dodenherdenking. Het programma werd gemaakt, contacten met gemeente en de scouting onderhouden, muziek geregeld, enz. Tevens was hij uiteraard nauw betrokken bij alle activiteiten tijdens de jaarlijkse Koninginnedag.
Het Kapittel voor de Civiele Orden kwalificeert hem als “iemand die zich geruime tijd ten bate van de samenleving heeft ingespannen”.
|