schriftelijke vragen  
              
            Op  4 april 2017 is tijdens de commissie Maatschappelijke en Sociale Zaken het  commissiestuk ‘Huisvesting basisscholen Loosdrecht’ besproken. Het doel van de  bespreking was het informeren van de commissie. De bespreking van dit stuk werd  ingeluid met een prima presentatie van onderzoeksbureau PentaRho. Het plan is  er op gericht om in Nieuw-Loosdrecht vier scholen en een kinderopvang te  concentreren op twee locaties.  
Op maandag 10 april 2017 is het  artikel ‘Sociale huur lijkt dupe van  scholenbouw in Loosdrecht’ van de heer Frisart verschenen in de Gooi- en  Eemlander. Naar aanleiding van het rapport, de bespreking van dit rapport in de  commissie en het artikel heeft het CDA nog een aantal vragen. 
            De heer Frisart schrijft in zijn  artikel dat er in dit plan iets over het hoofd wordt gezien. En misschien heeft  hij daar wel gelijk in. Het betreft de twee locaties die vrijkomen wanneer de  Lindeschool en de Terpstraschool verhuizen. Het voornemen is om op deze  locaties te gaan bouwen. De plek die vrijkomt op de plek van de Lindeschool  moet voor de helft van de nieuwbouw bestaan uit koopwoningen en de andere helft  uit sociale huurwoningen. Eerder spraken de Raad en het college van B&W in  de woonvisie af dat nieuwbouwplannen minimaal voor één derde uit sociale  huurwoningen  moeten bestaan. Aan deze  doelstelling zal dus ruimschoots worden voldaan.  
            Op de locatie die vrijkomt na sloop  van het niet monumentale deel van de Terpstraschool is het anders. Op deze  locatie is het voornemen om alleen maar twee onder één kap woningen te bouwen.  
            De heer Frisart heeft een analyse  gemaakt van het totale plan. Hij schets dat ‘wanneer  de projecten bij elkaar opgeteld worden komen de nieuwbouwprojecten tot slechts  25 % sociale huurwoningen’. Dit  komt  dus niet overeen met de afspraken die eerder in de woonvisie zijn vastgelegd.  
            Het CDA dankt de heer Frisart voor  zijn analyse. Voor het CDA is uitvoer van de woonvisie van groot belang . Wij  hebben de volgende vragen voor het college van B&W: 
            
              - Klopt de  analyse van de heer Frisart en zal het plan zoals het er nu naar uitziet niet  voldoen aan tenminste 33% sociale woningbouw?
 
              - Als dat zo is,  waarom geldt hier het uitgangspunt van de door de raad vastgestelde lokale  woonvisie dan niet?
 
              - Is dit plan ook  te realiseren wanneer we het uitgangspunt van de lokale woonvisie hanteren en  wat is daar voor nodig? Kan de raad hierin een keuze maken?            
 
             
            Rosalie van  Rijn,  
            CDA  Wijdemeren  |