ingezonden brief
Gemeente Wijdemeren, De heer E. van Diermen,
Rading 1,
1231 KB Loosdrecht
cc. -Burgemeester en Wethouders
-De heer P.M.M. Buijs
-Wijdemeerse Webkrant
Geachte heer Van Diermen,
Zaterdagochtend werd, zoals bij veel inwoners van de gemeente, een brief bezorgd met als onderwerp ‘verwijderen overhangend groen’’. Die wekte in hoge mate onze lachlust op.
Wat is het geval?
Toen wij hier kwamen wonen (vanaf 1999) bestond de erfafscheiding al uit een taxushaag, die vanaf dat moment regelmatig door onze tuinman gesnoeid wordt. Nooit enig commentaar op zijn snoeiwerk gehad. Nu blijkt op 22 juni j.l. geconstateerd te zijn dat er sprake is van overhangend groen dat belemmerend zou werken voor voetgangers al of niet met kinderwagen of rollator. Bijgevoegd in de brief is een foto van de bewuste taxusheg die er echter als altijd strakgeschoren bij staat. Niets te zien van overhangend groen dus (kan het groen van een taxushaag eigenlijk wel hangen?)…
|
|
Maar wat de groenambtenaar kennelijk niet gezien heeft: het is niet onze taxushaag die het voetpad belemmert, maar een enorme berk van de gemeente die midden op het voetgangersgedeelte staat. Mét stenen omranding en wat kruipgroen eromheen, op nog geen 50 cm afstand van de erfafscheiding. Die mag/moet aangepakt worden!
In dit verband is het volgende wel heel curieus!
Twee maanden geleden maakte onze tuinman ons erop attent dat enorme wortels van de gemeenteberk de stenen van onze tuinbestrating fors omhoog duwden. En wel zo dat er voor mijn slecht ter been zijnde echtgenoot een reëel valgevaar was ontstaan. Ik moest maar even contact met de plantsoenendienst opnemen, dan zouden die obstakels in onze tuin wel verwijderd worden. Zo gezegd, zo gedaan: de gemeente gebeld en uitleg gegeven aan de plantsoenendienst.
Enige dagen later komt een groenambtenaar aan de deur om ons mede te delen dat de gemeente wél de wortel zag weghalen, maar slechts tot aan de erfafscheiding; de narigheid in onze tuin mag door onszelf aangepakt worden. ‘U bent daartoe gerechtigd’, was de juridische mantra die ik voortdurend te horen kreeg, toen ik argumenteerde dat het om een boom van de gemeente gaat die in óns eigendom overlast veroorzaakt. ‘Juridisch is dat nou eenmaal zo’, repliceerde hij.
‘En als ik de gemeente aansprakelijk zou stellen als een van ons over die bulten zou struikelen en een ongeluk zou krijgen… wat dan?”. Tja, daar had ik een punt: ‘Dat is misschien wel zo, maar dat is toch geen aanleiding om er bij u in de tuin wat aan te doen’, zei de groenbeambte. ‘Daar kunnen we niet aan beginnen, dat begrijpt u wel.’…..
Binnen een paar dagen was één wortel op het voetpad door de gemeente afgezaagd. In onze tuin was de bult helaas niet verdwenen. Onze tuinman verwijderde een paar weken later de inmiddels dode wortel van 1 m lengte onder onze bestrating en vond toen nog een andere, nog dikkere (en niet dode) wortel eronder, die helaas door de gemeente over het hoofd was gezien.
Deze geschiedenis brengt mij ertoe om de belachelijke aanmaning van de gemeente om het z.g. overhangend taxusgroen te verwijderen, te beantwoorden met uw eigen woorden:
‘U bent gerechtigd aan de voetpadkant onze heg te snoeien’. Met als toegift: ‘En dan mag u het taxusafval voor het goede doel behouden’.
Maar een beter idee is misschien de grote boom weg te halen, zodat het voetpad weer vrijkomt? Kunnen de voetgangers eindelijk weer eens op het voetpad lopen! En wij zijn verlost van de dikke wortels die oeverloos de tuin in groeien.
Graag schriftelijk uw reactie.
Met vriendelijke groet,
Carole Denninger,
Kortenhoef
Toegevoegd: Foto’s van situatie per 10-9-2016:
|