   
            Mevrouw  T. M. Hafkamp – Schouten (67) uit Kortenhoef, Lid in de Orde van Oranje-Nassau 
              
            Van  1970 tot 1974 was mevrouw secretaresse van de restauratiecommissie van de NH  kerk te Kortenhoef (4 uur per week), van 1983 tot 1996 bestuurslid van de  vereniging Curtevenne (2 uur per week), vanaf 1989 tot heden diaken en later  voorzitter van de Oecumenische Streekgemeente Kortenhoef (15-20 uur per week)  en van 2002 tot heden hulpverlener voor haar 89-jarige buurman. 
            Mevrouw is een betrokken mens. Zij is opgegroeid in Kortenhoef als  dochter van de koster. Van kinds af aan is zij betrokken geweest bij de kerk.  Zij is gaan werken als onderwijzeres, eerst in de gemeente Hilversum en vanaf  1970 aan de Christelijke basisschool in Kortenhoef. Er wonen maar weinig mensen  in Kortenhoef die niet bij haar in de klas hebben gezeten. 
            In Kortenhoef vond een splitsing plaats in  de NH Kerk en de Oecumenische streekgemeente. Mevrouw heeft er mede toe  bijgedragen dat partijen weer tot elkaar zijn gekomen. Hoewel er nog steeds  sprake is van twee kerken wordt bijvoorbeeld nu wel door de Oecumenische  streekgemeente het kerkgebouw van de NH Kerk medegebruikt.  
            Door het overlijden van haar  vader in 1966 kwam de moeder van mevrouw Hafkamp alleen te staan. Reden voor  mevrouw Hafkamp om in Kortenhoef een aangepast huis te laten bouwen. Haar  moeder nam ze in huis. Zo heeft haar op deze wijze ruim 20 jaar de nodige zorg  kunnen bieden tot haar levenseinde.  
                         
            De familie Hafkamp woont al jaren  naast dezelfde buren. Zeven jaar geleden is de buurvrouw overleden. De buurman  is al op leeftijd (89) en steunt voor heel veel zaken op mevrouw Hafkamp. Zij  komt minstens drie keer per week bij hem voor een gezellige babbel, raad,  advies en ook daadwerkelijke hulp. Voor de buurman is deze “mantelzorger”  onmisbaar.  
               
            Het Kapittel voor de Civiele Orden kwalificeert haar als ‘iemand die zich  geruime tijd ten bate van de samenleving heeft ingespannen of anderen heeft  gestimuleerd.’             
             |