De fractievoorzitter van de PvdA, Kees Bosdijk, heeft een aantal bezwaren tegen de brief over gedragscode van raadsleden die het college zond.
College kan niet oordelen over raad
Ook Kees Bosdijk schreef een brief. Aan het college. Bosdijk vindt het niet gepast dat het college een oordeel velt over de leden van de raad. Hij voert aan dat de raad het hoogste orgaan in de gemeente is en dat het derhalve het college niet past om daar een oordeel over uit te spreken.
De aanleiding van de brief van het college was de motie die Jaap van Waveren indiende over het Dorpscentrum Loosdrecht en de gang van zaken rond het contract met de familie Van der Wurf en de daarop volgende beschuldiging van CDA voorman Theo Reijn van belangenverstrengeling aan het adres van Van Waveren (die hij inmiddels heeft teruggenomen).
Dobber en SV
In de brief noemt het college twee andere gevallen waarin raadsleden zich (naar het oordeel van het college) te veel hebben vereenzelvigd met het onderwerp van een raadsbesluit. Genoemd worden de kwestie van de kleedruimte van de S.V. 's-Graveland en de verhuur/verkoop van de Dobber. Het college noemt geen namen en rugnummers. Bosdijk vindt dat daarmee alle raadsleden ten onrechte in zekere mate in het beklaagdenbankje worden gezet. En dat nog afgezien van het feit dat Bosdijk van mening is dat de SV en de Dobber geen voorbeelden zijn die als voorbeeld kunnen dienen voor laakbaar gedrag door raadsleden.
Verbeteren gedragscode
Bosdijk wil graag meewerken aan een verbetering van de gedragscode en is in dat kader een voorstander van een avondbijeenkomst met alle raadslden om nog eens te praten over het verschijnsel belangenverstrengeling en de grenzen waarbinnen raadsleden moeten opereren.
|