WIJDEMEERSE WEBKRANT |
DBW vragen Erfpachtkwestie |
Kortenhoef, di 13 maart 2007 |
Dorpsbelangen Wijdemeren wil weten waarom het college de erfpacht op grond aan het Moleneind heeft opgezegd zonder vergoeding.
Eerder speelde deze kwestie al op 9 februari. Tijdens de eerstvolgende commissievergadering Ruimte en Economie wil DBW de zaak bespreken. |
ingezonden bericht
Vragen van Dorpsbelangen Wijdemeren over erfpacht grond Moleneind
- Wat is volgens het college de rechtsgrond van de bloot eigenaar om het altijddurend recht van erfpacht op te zeggen?
- Heeft het college juridisch onderzoek gedaan naar de grondpositie van de gemeente. Zo ja, wanneer en hoe luidde het advies. Zo nee, waarom niet?
- Waarom is het college akkoord gegaan met de opzegging door de bloot eigenaar van het "altijddurend recht van erfpacht"? Wat is volgens het college de betekenis van een "altijddurend erfpachtrecht"?
- In een brief van 23 maart 2004 heeft het college de betreffende grond aangemerkt als strategisch grondbezit. Kan het college uitleggen waarom in oktober 2005 (dus slechts 1½ jaar later) afstand wordt gedaan van het altijddurende recht van erfpacht van een strategisch grondbezit.
- Tot wanneer is de erfpachtcanon betaald? Waarom is de betaling stopgezet? Is er sprake van bewuste stopzetting of van een administratieve vergissing? Is de gemeente door de bloot eigenaar gewezen op het niet-betalen van de erfpachtcanon?
- Is het bij het college bekend dat de gemeente 's-Graveland in 1988 een klein gedeelte van het erfpachtsrecht heeft verkocht aan Pieter Bouwman voor een bedrag van f 11.000,00 en dat het resterende erfpachtrecht dus een aanzienlijke waarde vertegenwoordigde? Hebt het college enig idee hoeveel het erfpachtsrecht waard was?
- In een reactie van wethouder Lorjé staat dat ten tijde van de opzegging van de erfpacht de bodemsituatie niet bekend was. In diezelfde reactie staat dat het college wel heeft bedongen dat de gemeente zou worden gevrijwaard van schade, onder andere van asbestsanering. Hoe is dat met elkaar te rijmen? Wanneer heeft het college dat bedongen en door wie en wanneer is die vrijwaring afgegeven?
- Door de verkoop van een deel van het erfpachtsrecht aan Pieter Bouwman heeft de gemeente zich in feite vastgelegd aan de erfpachtovereenkomst, omdat bij de verkoop de canonrechten door Pieter Bouwman zijn afgekocht, terwijl de gemeente aan de bloot eigenaar wel canonrechten moest afdragen inclusief het verkochte stukje. Is het college het met ons eens dat door zo te handelen de rechtsopvolgers van Pieter Bouwman in een nadelige positie heeft gebracht?
|
|
|