Persbericht
College van
Wijdemeren gaat handhaven op Dode Eind
Het college van B en W van
Wijdemeren heeft besloten handhavend op te treden tegenover de
woonarken die zijn afgemeerd binnen de jachthavens “De
Krakeelakker”en “Maarten Fokke” aan het Dode Eind in Kortenhoef.
Dit naar aanleiding van de uitspraak van de Raad van State op 9
juli 2003. Omdat er met het besluit van college nogal wat belangen
zijn gemoeid, zal het college de belangen zorgvuldig afwegen en
onderzoeken welke handhavingsacties er ondernomen moeten worden.
Binnen drie maanden komt het college met een definitief
handhavingsbesluit.
De Raad van State bepaalde op 9 juli jl. dat het afmeren van
woonarken bij “De Krakeelakker”en “Maarten Fokke” in strijd is met
het geldende bestemmingsplan. Zicht op legalisatie is volgens de
Raad van State niet aanwezig omdat het nieuwe bestemmingsplan nog
slechts een voorontwerp-bestemmingsplan is. De gemeente zal zich
uiteraard houden aan de uitspraak van de Raad van State en heeft
dan ook besloten handhavend op te zullen treden.
Overleg met omwonenden
Naast het besluit handhavend op
te treden heeft het college conform de uitspraak van de Raad van
State tevens besloten het bezwaarschrift van de omwonenden van
2001 alsnog gegrond te verklaren. Bovendien mag het aantal
woonarken in “De Krakeelakker”en “Maarten Fokke” vanaf nu niet
worden uitgebreid. De bewoners van “Het Dode Eind” hebben na de
uitspraak van de Raad van State de gemeente een voorstel gedaan om
tot een oplossing te komen. Het college vindt dat het voorstel
interessante aanknopingspunten heeft en heeft de intentie het
voorstel over te nemen. Over de uitwerking zal nog verder overleg
plaatsvinden. Na de besluitvorming van het college zijn de direct
betrokkenen door de burgemeester ingelicht over het besluit.
De voorgeschiedenis
De “Dode Eind-problematiek” is
een langslepende kwestie, die is begonnen in de voormalige
gemeente ’s-Graveland. Voormalig Jachthaven De Krakeelakker
ontwikkelde indertijd een plan om de jachthaven om te zetten in
een woonarkenpark. In een eerste plan was sprake van een
zestiental woonarken en twee woonhuizen. Dit plan is opgenomen in
een voorontwerp-bestemmingsplan “Het Wijdeblik”. De omwonenden
gaven door middel van een convenant aan dat het plan voor hen
acceptabel was, als er niet meer arken zouden komen. De provincie
gaf niet op voorhand goedkeuring aan het plan. Maar zou het
positief ervaren als de woonarken die op onaanvaardbare plaatsen
in het plangebied liggen naar deze woonarkenhaven konden. “De
Krakeelakker” besloot het aantal arken uit te breiden en af te
zien van de twee woningen. Het nieuwe plan voldeed echter niet aan
het advies van de provincie. De arken kwamen niet uit het
plangebied maar het betrof geheel nieuwe. De omwonenden maakten
bezwaar tegen de uitbreiding van de arken.
Het voorontwerp-bestemmingsplan van 1999 heeft in ’s-Graveland
nooit verdere status verkregen. De provincie heeft op grond van de
Provinciale Woonschepenverordening voor de reeds afgemeerde
woonarken een vergunning afgegeven. Op basis van deze vergunningen
heeft de voormalige gemeente ’s-Graveland en ook de eigenaren van
de jachthavens erop vertrouwd dat de provincie toch akkoord ging
met het afmeren van de overige woonarken bij de “Krakeelakker” en
“Maarten Fokke”. |