Vorig bericht | ||
Auteur: Rik Jungmann |
Foto's: Douwe van Essen |
Bron: Wijdemeerse Webkrant |
Raad 28-8: Dode Eind
Wijdemeren, 29 augustus
2003. Het college broedt op mogelijkheden om de uitspraak van de
RvS over de jachthavens aan het Dode Eind in Kortenhoef uit te voeren
zonder brokken te maken. De collegepartijen waagden zich niet aan enige
politieke uitspraak.
Burgemeester Don Bijl opende de discussie over de uitspraak van de RvS met mededelingen uit het college. Henk de Kloet (DBW, mede-eigenaar van De Krakeelakker en betrokkene) verliet zijn plaats aan de tafel om op de publieke tribune plaats te nemen. Bijl gaf een uitgebreid overzicht van de jarenlange ontwikkelingen en de complexiteit van de problematiek aan het Dode Eind. De uitspraak van de Raad van State dwingt de gemeente om binnen zes weken na de uitspraak te komen met een besluit over de lopende bezwaren. Er zal handhavend opgetreden moeten worden tegen de woonschepenhavens aan het Dode Eind. Hij denkt dat die handhaving drie maanden na de uitspraak van de RvS zal plaatsvinden. Intussen vindt er veelvuldig overleg met de provincie plaats over de gerezen problemen. De reacties van de aanwonenden van het Dode Eind bieden volgens hem interessante openingen om tot een oplossing te komen. Het college neemt die voorstellen qua richting dan ook over en gaat die oplossingsrichting bepleiten bij de provincie. Hij hoopt van harte dat de zaak nu met een regeling opgelost kan worden. Zodra de zaak achter de hekken is zal het college politieke verantwoording afleggen aan de raad.
Els van Hall (VVD) was blij dat het
onderwerp na enige moeite toch op de agenda van de raad was gekomen. Zij
was behoorlijk hard in haar oordeel. De gemeente had op grond van het
bestemmingsplan geen medewerking mogen geven aan het ontstaan van de
woonschepenhavens aan het Dode Eind. De verantwoordelijke wethouder van
toen in 's-Graveland is nu nog wethouder in Wijdemeren. Els van Hall: "De
verantwoordelijkheid van dit dossier lag bij wethouder De Kloet en de
uitspraak van de RvS kan wellicht grote financiële consequenties voor onze
gemeente hebben. En juist omdat hier op onzorgvuldige wijze vergunningen
zijn verleend aan het bedrijf van een raadslid van notabene zijn eigen
partij en familielid, komt daarmee de geloofwaardigheid en integriteit van
de wethouder in het geding." Felix Flameling (D66) sloot zich aan bij
het betoog van de VVD. Hij breidde overigens de
collegeverantwoordelijkheid nog wat uit. Volgens hem zijn er in het
huidige college twee wethouders die gezamenlijk in het voormalige college
van 's-Graveland verantwoordelijk waren, te weten Wim Neef (CDA) en Co de
Kloet (DBW). Hij sprak zijn bewondering uit voor het uithoudingsvermogen
van de aanwonenden van het Dode Eind. "Je kunt wel gelijk hebben, maar dan
krijg je het niet altijd als je tegen de overheid strijdt. Gelukkig
hielden zij vol en haalden ze uiteindelijk hun gelijk bij de RvS."
Vervolgens meldden Betske van Henten (CDA), Lia Moote (PvdA), Ger Zagt (DBL), René Voigt (DBW) en Nelleke Schenkkan (GL) dat zij het college in de rol van een (op een oplossing) broedende kip niet wilden storen en dus geen woord aan de kwestie wilden wijden. Daarmee was de vreugde van Els van Hall (VVD) dat de kwestie op de agenda stond, door deze partijen toch nog volledig loos geworden. Er werd helemaal niets gezegd, hetgeen na alle commotie in de pers onverwacht was. Burgemeester Don Bijl gaf als antwoord op de opmerkingen van van Hall en Flameling dat het huidige college verantwoordelijk is voor de problematiek en het oplossen daarvan. Hij sloot af onder dankzegging aan de steun van de meeste partijen, nadat hij nogmaals gezegd had dat het een ingewikkelde kwestie betreft. |
...