De fractie Onafhankelijk Liberaal (OLib) dient een motie in om de rechtsongelijkheid in revindicatiezaken te onderzoeken en verhelpen.
Motie OLib
Donderdagavond zal de fractie OLib (Robby Israel en Martin Vuyk) in de raadsvergadering een motie indienen om de grote verschillen in de afhandeling van revindicatie (snippergroen, landje pik) zaken te laten onderzoeken en de betreffende inwoner gelijk te behandelen als anderen in vergelijkbare omstandigheden. De verschillen ontstonden tussen de beoordeling door de gemeente en de rechter enerzijds en de beoordeling door bureau Eiffel in een later stadium. De partij pleit voor een onderzoek door bureau Eiffel bij die adressen die nog niet door bureau Eiffel werden bezocht in de afgelopen vier jaar.
Martin Vuyk (OLib) |
Robby Israel (OLib) |
Gelijke behandeling
OLib hoopt met het indienen van de motie een open aanzet te geven tot debat en meedenken, door alle partijen die in de raad vertegenwoordigd zijn, over de opheffing van de rechtsongelijkheid en een eerlijke uitvoering van het revindicatie-(snippergroen)-beleid.
In de commissie van 15 november waar uitgebreid over dit onderwerp werd gesproken, naar aanleiding van een behandelverzoek van DLP, beriep wethouder Jan-Jaap de Kloet zich op zijn wettelijke plicht om een vonnis van de rechter uit te voeren. (Hij wilde wellicht wel mee werken, maar meende dat dat niet kon en mocht vanwege wettelijke beletselen.)
Partijen mogen afwijken
De WWK en anderen vroegen bij elkaar vijf advocaten om advies over deze kwestie.
Het gaat hier om een civiele rechtszaak. In een civiele rechtszaak doet de rechter uitspraak over een meningsverschil over bezit, gebruik, grenzen, eigendom, etc. Iemand die wel eens naar de rijdende rechter kijkt, weet wat daar aan civiele kwesties (ook tussen gemeenten en burgers, ook over revindicatie) langs komt. Zolang het conflict bestaat, geldt de uitspraak van de rechter. Maar als beide partijen samen naderhand toch in goed overleg wat anders besluiten, dan kan dat zonder enig probleem..
Alle vijf de advocaten die de vraag voorgelegd kregen, verklaarden dat de wethouder niet verplicht is zich aan de uitspraak te houden, op voorwaarde dat hij niet daarmee de belangen van derden schaadt. Met andere woorden, als de burger en de gemeente samen in overleg iets anders besluiten dan de rechter uitsprak, dan mag dat zonder enig bezwaar. Met dit advies van vijf advocaten opent onderstaande (concept) motie van OLib.
Wethouder Jan-Jaap de Kloet.
Initiatief wethouder?
En wat ook nog zou kunnen is dat de wethouder zelf ook links en rechts zijn licht heeft opgestoken over zijn rechten en plichten en donderdag, zelf, geholpen door de raad, met een initiatief komt om de rechtsgelijkheid te herstellen. Dat zou verreweg meeest bevredigende oplossing zijn. En volgens ons zou hij dat in zijn hart ook het liefst doen in deze ellendige erfenis van zijn vier voorgangers.
Dossier Revindicatie |