Bericht in Binnenlands Bestuur
23 januari 2015
Korten op Poetshulp
Gemeenten die korten op de huishoudelijke hulp hebben de afgelopen drie weken veel klachten daarover gekregen. De gemeente Utrecht springt er negatief uit. Er zijn al ruim 600 bezwaarschriften binnengekomen van inwoners die het niet eens zijn met het verminderd aantal uren dat ze krijgen. Dat schrijft de Volkskrant.
Extra juristen
Utrecht steekt daarmee met kop en schouders uit boven de andere gemeenten die de Volkskrant onderzocht, 20 in totaal. De rondgang concentreerde zich op de grote steden en op plaatsen waarvan bekend is dat zij fors bezuinigen op deze vorm van thuiszorg. De domstad heeft extra juristen ingehuurd om de bezwaren te behandelen. Utrecht heeft besloten dat er nog slechts anderhalf uur hulp in de huishouding gegeven wordt. Dit is de inwoners meegedeeld via een telefoongesprek. Voor mensen die meer dan vier uur hulp kregen, werd een keukentafelgesprek gevoerd, met dezelfde uitkomst.
Met de overgang van de zorgtaken naar de gemeenten, is een bezuiniging van 30 procent op de huishoudelijke hulp ingeboekt. Een kwart van de gemeenten heeft besloten helemaal te stoppen met het vergoeden van de poetshulp. Anderen leggen geld bij vanuit de eigen begroting. Na veel klachten heeft het kabinet besloten 190 miljoen extra in te zetten om de overgang te versoepelen. Veel gemeenten hebben dat geld aangevraagd. Voordat gemeenten de hulp kunnen schrappen of korten, moet er een keukentafelgesprek plaatsvinden met de burger om te bepalen of de burger met minder hulp toe kan. De gemeente Dantumadiel, die zonder gesprek de hulp van een oud echtpaar wilde schrappen, werd door de rechter teruggefloten.
Overgangsjaar
Ook in andere gemeenten die de huishoudelijke hulp grotendeels afschaffen, zoals Katwijk en Noordoostpolder, komen veel bezwaren binnen, maar relatief gezien minder dan in Utrecht. In sommige andere grote gemeenten is 2015 een overgangsjaar en krijgen ouderen en gehandicapten dezelfde hulp als in 2014. 'Bij die gemeenten komt de pijn van deze bezuiniging nog, evenals de bezwaarschriften', aldus een woordvoerder van de gemeente Utrecht in de Volkskrant.
Niet heel groot
Staatssecretaris Martin van Rijn van Volksgezondheid laat via het ANP weten de aantallen niet heel groot te vinden gezien de grote wijzigingen die hebben plaatsgevonden. Maar hij vindt het nog te vroeg voor een oordeel. Bij de ingestelde meldpunten is het volgens hem rustig. Gemeenten moet heel zorgvuldig handelen en als burgers niet tevreden zijn kunnen ze bezwaar maken, aldus Van Rijn. 'Dat is juist een van waarborgen die we in de wet hebben.' |