ingezonden bericht
Rituelen rond sterven en rouwverwerking in de Joodse traditie
Lezing door Drs. Sasja Martel.
Na een korte inleiding over Joodse rituelen in het algemeen, zal Mw. Martel dieper ingaan op de rituelen rond de dood. In de Joodse traditie speelt de rouwverwerking van het individu zich af binnen de gemeenschap.
Staat tot de begrafenis het respect aan de dode centraal, na het sluiten van het graf krijgen de nabestaanden alle aandacht en krijgen ze door middel van vele rituelen de mogelijkheid langzaam maar zeker hun verdriet te verwerken en weer terug te keren naar hun plaats in de gemeenschap.
Mevrouw Drs. Sasja Martel is de initiatiefneemster en directeur van het Joods Hospice Immanuel te Amsterdam. Het is het eerste en enige Joodse hospice van Europa. Zij is de auteur van het boek “Sterk als de Dood, sterven en rouw in Joods perspectief”. Hierin heeft ze uitgebreid eenvoudig doch wetenschappelijk verantwoord uitgelegd wat de achtergrond is van alle rituelen die gebruikt worden rond sterven en rouw in de Joodse traditie. Sasja Martel is lid van de Portugese Israëlitische Gemeente in Amsterdam en woont in Amstelveen. Zij studeerde theologie aan de UvA, Judaica aan de Katholieke Hogeschool te Amsterdam en aan de Hebreeuwse Universiteit te Jeruzalem, waar zij 10 jaar woonde.
De lezing zal worden omlijst door zgn. Klezmermuziek.
Het woord “Klezmer” betekent “muzikant”.Die naam is ongeveer in de 70er jaren gegeven aan de Jiddische Volksmuziek, toen deze muziek een opleving doormaakte onder de talloze gevluchte Joden in Amerika. De muziek is ontstaan rond de 13e eeuw .Na de verwoesting van de tweede tempel in 70 na Christus leefden de Joden verspreid over de wereld (de diaspora). In de grote steden van Oost en West Europa, werden Joden gedwongen te leven in geïsoleerde stadsdelen, de getto’s. Daar ontstond vanaf de 13e eeuw een typisch Joodse Volksmuziek die gebruikt werd bij huwelijken,besnijdenissen en andere rituelen. De uitvoering van deze muziek werd,zoals het hele bestaan van de Joden in de getto’s, bemoeilijkt door talloze opgelegde beperkingen.
Het Chassidisme (een mystieke beweging in de 18e eeuw), had een opleving van de Joodse volksmuziek tot gevolg: God moest men ook dienen met het gevoel; de muziek was een middel om de ziel te verheffen boven de aardse beslommeringen. Het hoogtepunt kwam als de rebbe ging dansen: “als de rebbe tantst, tantsen alle chassiden”.
Van origine bestonden de muziekensembles voornamelijk uit violen, fluiten en cymbalen. In Amerika werden de klarinet en de tuba daaraan toegevoegd.
De teksten van de liedjes zijn geschreven in het Jiddisch. Deze taal ontstond in de vroege middeleeuwen in Duitsland. Duits is dus de grondslag, maar het bevat ook woorden uit de oude talen Hebreeuws en Aramees. Het Jiddisch werd door de Duitse Joden meegenomen naar het Oosten (het Oostjiddisch) en kreeg daar veel Poolse en Russische woorden bij en naar het Westen (het Westjiddisch) waar het verdween. Het is lange tijd een schrijf- en spreektaal geweest. Resten ervan zijn in onze taal nog terug te vinden in woorden als: stiekem, gabber, mazzel, jatten.
De klezmergroep “Mokum finef” (Amsterdamse vijf) wordt gevormd door:
Frans Holdert gitaar, zang
Bert Sanders fluit, piccolo,ukelele,zang
Jan Verbeek viool
Jan Reinierse sopraansaxofoon
Rob Vlaar accordeon
De groep maakt een nieuwe start, de eerste drie spelers maakten deel uit van de klezmergroep Ejbik Lebn, die 10 jaar bestond. Hierbij hebben zich dit jaar Jan Reinierse en Rob Vlaar gevoegd.
Alle spelers zijn amateurmusici en hebben veel ervaring met optredens.
Zij spelen/zingen voor de lezing:
Doina met Odessa Bulgarish (instrumentaal)
Avreml der Marvikher (lied)
Rozhinkes mit Mandeln (instrumentaal)
Na de lezing:
Sherele (instrumentaal)
Papirosn (lied)
Lomir sich iberbetn (lied)
Datum: 17 januari
Plaats: Oude kerkje aan de Kortenhoefsedijk 168 in Kortenhoef
Aanvang: 11.00 uur
Entree: € 6,00 kinderen gratis |