WIJDEMEERSE WEBKRANT
Koster blijft een Optimist
Nederhorst den Berg , wo 3 januari 2007

Cor Koster ziet meer reden tot optimisme dan hij meende te horen in de nieuwjaarstoespraak van burgemeester Don Bijl. Het collectief bestaat nog.

ingezonden brief

Algemeen belang

In zijn nieuwjaarstoespraak (pdf) citeerde burgemeester Bijl met instemming de Franse filosoof Gauchet: "tegenwoordig beschouwt de burger zich in de eerste plaats als een particulier individu dat zich van de regering bedient. Ten opzichte van de politieke autoriteiten die hij gekozen heeft, stelt hij zich op als eisende partij. De overheid moet voor zijn belangen opkomen, zijn vrijheden verdedigen en zorgen dat in zijn economische behoeften wordt voorzien. Wat de politiek moet doen voor het algemeen belang interesseert hem niet. Wij leven dus niet meer in een maatschappij van burgers maar van individuen - en dat maakt het werk van regeringen heel moeilijk." Die ontevredenheid en frustratie over de politieke leiders en de manier waarop zij opereren ligt volgens Gauchet ook aan de burgers. "Volgens Gauchet zouden wij er eens mee moeten ophouden om politici de schuld te geven van alles wat misgaat."

Ik wil hier graag een paar kanttekeningen bij plaatsen.

Natuurlijk is er een verschuiving gekomen in de Wij-Ik balans (de term komt van Norbert Elias), van "wij" naar "ik". Die verschuiving is al eeuwen aan de gang, maar is in een stroomversnelling geraakt sinds eind jaren 60 van de vorige eeuw. Mensen verwijderen zich - en worden minder afhankelijk - van de familie, de buurt, de voetbalclub, de kerk. We worden individualistischer. Het betekent overigens niet dat we onafhankelijker worden, alleen dat onze afhankelijkheid verschuift. We zijn tegenwoordig meer afhankelijk van anonieme collectieve instellingen als verzekeraars en overheden dan we vroeger waren. Dat brengt een groter raakoppervlak tussen burger en overheid. Gekoppeld aan een toenemend utilitair individualisme, gericht op de bevrediging van de eigen behoeften - de mogelijkheden daartoe krijgen we tegenwoordig op een presenteerblaadje aangereikt - leidt dit tot meer verwachtingen. Het gevolg is bijna onvermijdelijk: meer kritiek als aan die persoonlijke verwachtingen niet voldaan wordt.

Overigens, kritiek op de overheid is niet van vandaag of gisteren. Zo'n 50 jaar geleden, toen ik als jonge jongen in Weesp woonde, stond er bij de Zwaantjesbrug zowat de hele dag een groepje mannen - kringetjesspugers heetten ze - die uren met elkaar konden praten over wie en wat er voorbijkwam, over voetbal en over "de regering". Hun kritiek op de overheid - hoe ongeïnformeerd ook - was vernietigend, maar de regering kreeg hun commentaar nooit te horen. De mogelijkheid om kritiek te spuien heeft een forse impuls gekregen door o.a. het internet, maar ook door maatregelen van de overheid zelf: er zijn folders over hoe men bezwaar kan aantekenen tegen een beschikking, er is een klachtencoördinator, en het is, mede door het bestaan van o.a. rechtswinkels, makkelijker geworden om je gelijk te halen. Inderdaad, misschien is er meer zichtbare kritiek tegenwoordig, maar dat komt ook omdat we beter geïnformeerd zijn, mondiger mensen geworden zijn, met minder autoriteitsvrees. Waarom zou je ook bang zijn voor een overheid waarvan de vertegenwoordigers in verkiezingstijd schaterlachend optreden in spelletjesprogramma's op de televisie?

Ik geloof niet zo dat wij, burgers, politici de schuld geven van alles wat misgaat. Maar we moeten beseffen dat er zaken zijn waar een gewone burger zelf niets aan kan doen. Daarom hebben we juist een aantal mensen gekozen met de opdracht om - tegen betaling - allerlei zaken voor ons te regelen: politici. En dan is het ook terecht dat we ons, als niet alles gaat zoals het zou moeten, tot die mensen wenden. Anders dan vroeger hebben we nu ook de middelen om ons ongenoegen kenbaar te maken.

Marcel Gauchet is een Fransman, die zich vooral baseert op de situatie in Frankrijk, een heel ander land dan Nederland. In dat land gingen in maart vorig jaar meer dan een miljoen jongeren de straat op om te protesteren tegen een wet die het makkelijker maakte om jonge werknemers te ontslaan. Boeren en vrachtwagenchauffeurs zien er geen been in om dagenlang alle verkeer te blokkeren als er een maatregel komt die hen niet zint. Men trekt zich daar inderdaad weinig aan van het algemeen belang. In Nederland mopperen en klagen we soms wat, maar gaan we vervolgens weer gewoon aan het werk.

Ik geloof niet dat we zo pessimistisch hoeven te zijn. Ik geloof niet dat er in Nederland "een verwerping van het collectieve, of althans een houding van onverschilligheid" onder burgers is, zoals Gauchet stelt. Toegegeven, die houding komt voor, ook in Nederland en ongetwijfeld ook op lokaal niveau. Maar als we alleen maar kijken naar de interviews die Herman Stuyver en zijn collega's afnemen voor de plaatselijke bladen met allerlei mensen in onze gemeente, dan zien we een groot aantal personen die zich - ieder op zijn/haar eigen wijze - wel degelijk inzetten voor zaken die uitgaan boven hun eigen belang.

Cor Koster
Nederhorst den Berg

bron
ing. brief
foto
---
auteur
ing. brief
editor
Rik Jungmann
verder
terug
home
rss feed
reageer
zoek
nieuwsbrief