Persbericht
Commissie R & E bespreekt voorontwerpbestemmingsplan voor gebied rond Loosdrechtsedijk
Het college van burgemeester en wethouders gaat het voorontwerpbestemmingsplan voor het gebied rond de Loosdrechtsedijk in september voorleggen aan de Commissie Ruimte en Economie. Als het advies van de commissie positief is, start daarna de inspraakprocedure.
In 2001 lag een eerdere versie van dit voorontwerpbestemmingsplan al ter inzage. Door de aandacht die de vorming van Wijdemeren eiste, is dit plan later opgepakt bij het project “actualisering bestemmingsplannen Wijdemeren”. De destijds ingebrachte reacties zijn zoveel mogelijk in het nieuwe plan verwerkt.
Uniform en duidelijk
Het “voorontwerpbestemmingsplan Loosdrecht landelijk gebied noordoost” bestrijkt het gebied tussen de Horndijk, de Kromme Rade, de 's-Gravelandsevaartweg, de Oud-Loosdrechtsedijk (behalve kern Oud-Loosdrecht), de Nieuw-Loosdrechtsedijk tot aan nr. 198 en het gebied ten zuiden van de Nieuw-Loosdrechtsedijk, het gebied De Ster en het Fort Spion en omgeving. In dit gebied gelden nu zes bestemmingsplannen van 10 jaar en ouder. Door één nieuw plan op te stellen actualiseert de gemeente de planologische regelingen en komt er meer uniformiteit en duidelijkheid over wat er wel en niet mogelijk is in dit plangebied.
Nieuwe ontwikkelingen
Het voorontwerpbestemmingsplan kent weinig grote wijzigingen ten opzichte van de geldende bestemmingsplannen. Het gebied ten noorden van de Oud-Loosdrechtsedijk en ten westen van De Molenmeent is buiten dit bestemmingsplan gelaten. Dit in verband met plannen voor een golfterrein in dit gebied. In het plan is rekening gehouden met de volgende ontwikkelingen:
- vergroting van het sportterrein aan de Rading met twee speelvelden met toepassing van Art. 11 WRO
- uitbreiding van verzorgingstehuis “De Beukenhof” met een maximale hoogte van 3 bouwlagen
Inspraak
De inspraakprocedure start in het najaar. De gemeente kondigt dit tijdig aan op de gemeentelijke informatiepagina “Wijdemeren Informeren” in het WijdemerenJournaal. Een ieder kan dan gedurende zes weken zijn of haar visie op het plan geven. Daarna is er mogelijkheid tot het indienen van zienswijzen bij de raad, bedenkingen bij Gedeputeerde Staten en beroep bij de Raad van State. |